Ingezetenencriterium groot succes: overlast is enorm afgenomen
n.a.v. rapportage overlast rond coffeeshops van de politieacademie en de eindmeting van het C.O.T. Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement.
De partijen CDA, Seniorenpartij Maastricht, VVD, Liberale Partij Maastricht en de Maastrichtse Volkspartij, zijn zeer tevreden over de resultaten die uit de rapportage van de politieacademie en de eindmeting van het C.O.T. naar voren zijn gekomen m.b.t. de drugsoverlast in Maastricht na één jaar Frontière, mede in relatie tot de invoering van het ingezetenen criterium.
Per 1 januari 2012 is het gedoogbeleid voor coffeeshops door de Minister aangescherpt door de toegangtotcoffeeshopstebeperkentotingezetenen. Hetingezetenencriteriumwerdop1mei2012 in Maastricht ingevoerd en was een welkome maatregel om de buitenproportionele drugsoverlast terug te dringen. Vanaf dat moment waren buitenlanders niet meer toegestaan in de coffeeshops. Vóór de invoering van het ingezetenencriterium bestond de Maastrichtse drugsmarkt uit 2,7 mln drugstoeristen, die voor buitenproportionele overlast in de stad zorgden.
Het hoge aantal is teruggedrongen naar ca. 350.000. Dat is een eclatant succes.
De drugstoeristen zijn massaal weggebleven en verdrongen naar het thuisland. Het straatbeeld in het centrum is aanzienlijk verbeterd. Weinig tot geen parkeeroverlast rond de coffeeshops, geluidshinder, vervuiling en rondhangende klanten.
We kunnen nu al constateren dat in één jaar tijd het ingezetenencriterium ruimschoots haar werking heeft bewezen en dat we op de goede weg zijn.
Door de invoering van het project Frontière werd de bevolking massaal opgeroepen om zoveel mogelijk te melden. En dat hebben ze ook gedaan. Dankzij deze grote betrokkenheid en de hoge kwaliteit van de gegevens die werden aangeleverd, kon de politie dossiers opbouwen waarbij er grote slagen zijn en worden gemaakt. Melden loont dus! En we roepen de bevolking op dit vooral te blijven doen. Hoe meer meldingen, hoe beter.
Door de enorme inzet van politie en in het bijzonder van het “doenteam” zijn er geweldige resultaten bereikt, waar we trots op zijn.
Hoe nu verder?
We zitten momenteel in een tussenfase.
Uiteraard wordt het ingezetenencriterium gehandhaafd. Wat ons betreft ook bij de spreiding. De Politie academie geeft in haar rapport aan dat de aantrekkingskracht op drugstoeristen anders nog groter zal zijn dan vóór de invoering van het ingezetenencriterium.
Daarnaast is een strenge aanpak van drugsdealers en runners in de wijken nodig. Drugsdealers en – runners vallen meer op omdat de massaliteit waarin ze vroeger verdwenen, weg gevallen is. Ze moeten, nu hun markt sterk is opgedroogd, meer moeite doen dan voorheen om een deal te kunnen
sluiten. Hiervoor moeten ze veel agressiever en in strijd met elkaar, opereren, en hebben ze – uit vrees voor betrapping door de politie – meer mensen voor een deal nodig. Deze veranderende houding van drugsrunners leidt tot overlast, ook in de wijken. Hoewel deze overlast feitelijk een gevolg is van het succes van de aanpak, is het is zaak om de komende periode de aanpak verder uit te breiden om ook deze laatste stuiptrekkingen te kop in te drukken.
Het antwoord is dan ook: nog strenger handhaven, inzet van extra politiecapaciteit – toegezegd door de burgemeester – inzet nieuwe methodes om zo de overlast steeds verder terug te dringen.
Het is belangrijk dat burgers zoveel mogelijk blijven melden en zo specifiek mogelijk. Afgesproken is dat de politie èn de burgemeester in beeld brengen wat de meldingen per wijk hebben opgeleverd. Zo wordt de betrokkenheid van de burger vergroot en werken we samen aan het terugdringen van het drugsprobleem.
Onze conclusie is dan ook : we zijn op de goede weg. Met de juiste instrumenten komen we waar we willen zijn: door strenge handhaving, handhaving ingezetenencriterium en melding door de bevolking. Zo wordt de drugsoverlast tot normale proporties teruggedrongen. De burger heeft namelijk recht op een leefbare stad. En met zijn allen werken we daar aan.
Maastricht, 12 april 2013